top of page

Vreemd Lichaam


Ze legt zich op mijn lusten neer

als een natte zachte deken.

Ze beheerst compleet mijn landschap,

maar bezit alleen de leegte. Niet vertroebeld, ook niet helder,

een zwoele blik is ineens dichtbij,

Tastend, voelend langzaam glijden.

Als een blinde maakt ze mij. En elk geluid wordt uitgedoofd.

Niets heeft nog betekenis.

Alles wat ik zie of hoor

vervaagt in een verhitte bindtenis. Even zweven, samensmelten,

siamese eenheid.

Maar gedachten breken, pijnigen

in eenhuizige tweeslachtigheid.

bottom of page